Vlaamse provincies klaar om gemeentelijke vergunningsaanvragen objectief te behandelen

De Vlaamse provincies nemen kennis van de communicatie van Vlaams minister van Omgeving Jo Brouns om de beoordeling van gemeentelijke vergunningsaanvragen voortaan door de provincies te laten behandelen. Het Grondwettelijk Hof had eerder geoordeeld dat gemeenten niet langer zelf kunnen oordelen over hun eigen projecten waarbij een project-m.e.r.-screening uitgevoerd dient te worden, omwille van het risico op belangenvermenging.

De provincies staan klaar om die verantwoordelijkheid op zich te nemen. Het gaat vaak om projecten die een groot verschil maken voor inwoners, zoals een nieuwe school, een zwembad of een sporthal. Het is belangrijk dat deze projecten zonder vertraging worden verdergezet” zegt Anton De Ryckere, algemeen directeur Vereniging Vlaamse Provincies.

Ideaal bestuursniveau

De provincies zijn het best geplaatst om deze dossiers objectief en deskundig te behandelen. Enerzijds staan ze dicht genoeg bij de gemeenten om hun noden en ambities te begrijpen. Anderzijds zijn ze onafhankelijk genoeg om een neutrale en zorgvuldige afweging te maken. Bovendien hebben de provincies gespecialiseerde diensten en medewerkers met jarenlange ervaring in het behandelen van complexe vergunningsaanvragen.

Geen goed idee om naar Vlaanderen te schuiven

Vanuit sommige hoeken klinkt de oproep om deze dossiers rechtstreeks bij Vlaanderen onder te brengen. Een verschuiving naar Vlaanderen zou de afstand alleen maar vergroten, de procedures complexer maken en de doorlooptijd vertragen. Dat zou noch de gemeenten, noch de inwoners ten goede komen.

Partner van de lokale besturen

De provincies willen meer zijn dan enkel beoordelaar. Ze willen partner zijn van de gemeenten en hen doorheen de procedure begeleiden. Zo kunnen belangrijke projecten vlot vooruitgaan, in transparantie en met respect voor de leefbaarheid van de buurt.